Dutch

Detailed Translations for evengoed from Dutch to Spanish

evengoed:


Translation Matrix for evengoed:

OtherRelated TranslationsOther Translations
sin embargo doch
ModifierRelated TranslationsOther Translations
a pesar de desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch behalve; in weerwil van; naast; ongeacht; weerwil
a pesar de ello desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch desondanks; evenwel; niettemin; nochtans; toch
a pesar de esto desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch immers
a pesar de todo desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch doch; echter; immers; maar; niettemin; nochtans
así y todo desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch
aún así desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch
con todo desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch desondanks; evenwel; niettemin; nochtans; toch
de todas maneras desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch 'tuurlijk; allicht; bijgevolg; daadwerkelijk; dus; immers; logisch; metterdaad; natuurlijk; onontkomelijk; uiteraard; vanzelfsprekend; zeker; zonder twijfel
de todos modos desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch 'tuurlijk; allicht; bijgevolg; daadwerkelijk; dus; immers; logisch; metterdaad; natuurlijk; onontkomelijk; sowieso; uiteraard; vanzelfsprekend; zeker; zonder twijfel
después de todo desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch 'tuurlijk; achteraf; allicht; bijgevolg; dus; logisch; natuurlijk; onontkomelijk; per slot van rekening; uiteraard; vanzelfsprekend; zeker; zonder twijfel
pese a ella desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch
pese a ello desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch
sin embargo desalniettemin; desondanks; evengoed; niettegenstaande; toch desondanks; doch; echter; evenwel; immers; maar; niettemin; nochtans; toch

Related Definitions for "evengoed":

  1. het maakt niets uit1
    • als je hem niet gebruikt kun je die computer evengoed weggooien1
  2. op dezelfde manier1
    • meisjes hebben evengoed recht op een opleiding als jongens1
  3. toch maar mooi1
    • het was dan wel geen opzet, maar ik zit evengoed met de schade1