Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- gemanifesteerd:
- manifesteren:
-
Wiktionary:
- manifesteren → manifestar
- manifesteren → manifestar, mostrar, revelar
Dutch
Detailed Translations for gemanifesteerd from Dutch to Spanish
gemanifesteerd:
-
gemanifesteerd
Translation Matrix for gemanifesteerd:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
expresado | gemanifesteerd | gesproken; verbaal |
manifestado | gemanifesteerd | betoogd; gedemonstreerd |
manifesteren:
-
manifesteren
manifestar-
manifestar verb
-
Conjugations for manifesteren:
o.t.t.
- manifesteer
- manifesteert
- manifesteert
- manifesteren
- manifesteren
- manifesteren
o.v.t.
- manifesteerde
- manifesteerde
- manifesteerde
- manifesteerden
- manifesteerden
- manifesteerden
v.t.t.
- heb gemanifesteerd
- hebt gemanifesteerd
- heeft gemanifesteerd
- hebben gemanifesteerd
- hebben gemanifesteerd
- hebben gemanifesteerd
v.v.t.
- had gemanifesteerd
- had gemanifesteerd
- had gemanifesteerd
- hadden gemanifesteerd
- hadden gemanifesteerd
- hadden gemanifesteerd
o.t.t.t.
- zal manifesteren
- zult manifesteren
- zal manifesteren
- zullen manifesteren
- zullen manifesteren
- zullen manifesteren
o.v.t.t.
- zou manifesteren
- zou manifesteren
- zou manifesteren
- zouden manifesteren
- zouden manifesteren
- zouden manifesteren
diversen
- manifesteer!
- manifesteert!
- gemanifesteerd
- manifesterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for manifesteren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
manifestar | manifesteren | aanbieden; betonen; betuigen; duiden; exposeren; laten zien; offreren; ontvouwen; presenteren; tentoonstellen; tonen; tot uitdrukking brengen; uiteenzetten; uitleggen; verduidelijken; vertonen; voorleggen |
Synonyms for "manifesteren":
Related Definitions for "manifesteren":
Wiktionary Translations for manifesteren:
manifesteren
Cross Translation:
verb
-
waarneembaar worden
- manifesteren → manifestar
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• manifesteren | → manifestar; mostrar; revelar | ↔ manifest — to show plainly; to make to appear distinctly |
• manifesteren | → manifestar | ↔ manifester — rendre manifeste. |