Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. ingraven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ingraven from Dutch to Spanish

ingraven:

ingraven verb (graaf in, graaft in, groef in, groeven in, ingegraven)

  1. ingraven

Conjugations for ingraven:

o.t.t.
  1. graaf in
  2. graaft in
  3. graaft in
  4. graven in
  5. graven in
  6. graven in
o.v.t.
  1. groef in
  2. groef in
  3. groef in
  4. groeven in
  5. groeven in
  6. groeven in
v.t.t.
  1. heb ingegraven
  2. hebt ingegraven
  3. heeft ingegraven
  4. hebben ingegraven
  5. hebben ingegraven
  6. hebben ingegraven
v.v.t.
  1. had ingegraven
  2. had ingegraven
  3. had ingegraven
  4. hadden ingegraven
  5. hadden ingegraven
  6. hadden ingegraven
o.t.t.t.
  1. zal ingraven
  2. zult ingraven
  3. zal ingraven
  4. zullen ingraven
  5. zullen ingraven
  6. zullen ingraven
o.v.t.t.
  1. zou ingraven
  2. zou ingraven
  3. zou ingraven
  4. zouden ingraven
  5. zouden ingraven
  6. zouden ingraven
en verder
  1. ben ingegraven
  2. bent ingegraven
  3. is ingegraven
  4. zijn ingegraven
  5. zijn ingegraven
  6. zijn ingegraven
diversen
  1. graaf in!
  2. graaft in!
  3. ingegraven
  4. ingravend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ingraven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
enterrar ingraven

Wiktionary Translations for ingraven:


Cross Translation:
FromToVia
ingraven atrincherar entrench — surround with a trench