Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. kastelen:
  2. kasteel:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kastelen from Dutch to Spanish

kastelen:

kastelen [de ~] noun, plural

  1. de kastelen (sloten; vestingen; burchten)
    la fortalezas; el castillos

Translation Matrix for kastelen:

NounRelated TranslationsOther Translations
castillos burchten; kastelen; sloten; vestingen burchten; sloten
fortalezas burchten; kastelen; sloten; vestingen

Related Words for "kastelen":


kastelen form of kasteel:

kasteel [het ~] noun

  1. het kasteel (burcht; slot)
    el castillo; la fortaleza; la fortificación; la ciudadela
  2. het kasteel (citadel; ridderslot; ridderkasteel)
    el fuerte; la torre; la plaza fuerte; la fortaleza; la fortificación; el cierre; el castillo; el final; la ciudadela; el roque; el fin; la cerradura
  3. het kasteel (versterkte legerplaats; citadel; sterkte; fort)
    el castillo; la ciudadela

Translation Matrix for kasteel:

NounRelated TranslationsOther Translations
castillo burcht; citadel; fort; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterkte; versterkte legerplaats deurslot; fietsslot; geheel van sluizen; slot; sluiswerken
cerradura citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot afsluiting; conclusie; deurslot; dichtmaken; fietsslot; het afsluiten; knip; knipslot; knipsluiting; slot; slotbeschouwing; sluiting; sluitingen
cierre citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot afschaffing; afsluiting; beëindigen; deurknip; dichtmaken; fietsslot; grendel; het afsluiten; knip; knipslot; knipsluiting; opheffen; opheffing; rits; ritssluiting; schuif; slot; sluiting; sluitinrichting voor deur of raam
ciudadela burcht; citadel; fort; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterkte; versterkte legerplaats deurslot; fietsslot; slot
fin citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot beëindiging; conclusie; crypte; deurslot; doel; doeleinde; doelschijf; doelstelling; einde; eindpunt; eindstreep; end; finale; finish; finishlijn; graf; grafplaats; intentie; inzet; meet; moedwil; onderaardse gang; oogmerk; rustplaats; slot; slotbeschouwing; sluiting; streven; toeleg; uiteinde; volbrenging; voltooiing; voornemen
final citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot beslissende wedstrijd; beslissingswedstrijd; beëindiging; conclusie; einde; eindpunt; eindstreep; eindstrijd; finale; finish; finishlijn; laatste gedeelte; laatste opvoering; meet; slot; slotbeschouwing; slotnummer; slotstuk; sluiting; sluitstuk; uiteinde
fortaleza burcht; citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot aandrijving; bastion; bolwerk; deurslot; dynamiek; energie; felheid; fiksheid; fort; kracht; krachtdadigheid; macht; slot; sterkte; stuwkracht; vermogen; versterkte plaats; voortstuwing
fortificación burcht; citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot consolidatie; fort; gordel; kamerwand; stadswal; sterkte; verharding; verrijking; versterking; versterkte plaats; versteviging; veste; vestingmuur; wand
fuerte citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot deurslot; slot; sterke kant; sterke zijde
plaza fuerte citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot
roque citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot
torre citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot toren; torentje
ModifierRelated TranslationsOther Translations
final achterste; definitieve; finaal; laatste; ten slotte; uiteindelijk
fuerte bitter teleurgesteld; blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; grimmig; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; kloek; krachtig; luid; massief; met een krachtige uitwerking; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; onverschrokken; opgekropt; pittig; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stout; stoutmoedig; straf; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verbitterd; verkropt; zwaar; zwaargebouwd

Related Words for "kasteel":


Wiktionary Translations for kasteel:


Cross Translation:
FromToVia
kasteel castro; castillo castle — fortified building
kasteel castillo Schloss — Pl.1 prunkvolles und repräsentatives Wohngebäude, meistens von Adelsfamilien
kasteel castillo château — Forteresse entourée de tours et de bastions
kasteel castillo château-fort — château médiéval fortifié