Dutch
Detailed Translations for oplegsel from Dutch to Spanish
oplegsel:
Translation Matrix for oplegsel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
borde | boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement | band; boekdeel; boord; deel; flank; geluidsniveau; gootlijst; haarband; haarlint; halskraag; kader; kant; koers; kraag; kranslijst; lijst; lint; omranding; omtrek; rand; randje; route; schilderijlijst; vleugel van een gebouw; volume; vorm; wal; waterkant; zij; zijde; zijde van een schip; zijkant; zoom |
cordón | boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement | afzetlint; draad; garen; kordon; lint; politielint; rijgsnoer; schoenveter; veter |
marco | boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement | allegaartje; frame; geraamte; gezichtsmasker; graadmeetapparaat; graadmeter; gradenmeter; ijk; ijking; indicator; kozijn; kroonlijst; mark; mengelmoes; omtrek; raamwerk; rand; samenraapsel; skelet; vensterkozijn; vorm; zoom |
paramento | boordsel; galon; omzoming; oplegsel; passement | bordgarneersel; garneersel |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
borde | rand |
External Machine Translations: