Dutch

Detailed Translations for order from Dutch to Spanish

order:

order [de ~] noun

  1. de order (dwangbevel; opdracht; taak; consigne; bevelschrift)
    el encargo; la consigna; la comisión; el mando; la dedicación; la misión; el comando; la instrucción; la enseñanza; el cometido; el apremio
  2. de order (bevel; commando)
    la orden; el mandamiento; el comando; el mando

order

  1. order
    el pedido

Translation Matrix for order:

NounRelated TranslationsOther Translations
apremio bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak gauwigheid; gehaastheid; haast; haastigheid; ijl; overijling; spoed
comando bevel; bevelschrift; commando; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanwijzing; dienstorder; instructie; legerorder; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; opdracht; voorschrift
cometido bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak
comisión bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak afsluitpremie; afsluitprovisie; comité; instructie; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; provisie
consigna bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak bagagedepot; devies; kenspreuk; motto; zinspreuk
dedicación bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanhankelijkheid; affectie; devotie; gehechtheid; genegenheid; ijver; inzet; overgave; toegewijdheid; toewijding; trouw; verknochtheid; zorgzaamheid
encargo bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanschrijving; aanwijzing; aanzegging; consigne; dienstorder; instructie; kennisgeving; lastgeving; licentie; mandaat; opdracht; procuratie; vergunning; volmacht; voorschrift
enseñanza bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanwijzing; cursus; instructie; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; onderwijswezen; opleiding; opvoeding; scholing; schoolopleiding; voorschrift; vorming
instrucción bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanwijzing; bekwaming; briefing; dresseren; dressuur; gerechtelijk onderzoek; handleiding; instructie; kundig maken; legerorder; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; opleiding; orde; regel; regeling; reglement; scholing; schoolopleiding; training; uitleg; voorschrift; vorming; wet
mandamiento bevel; commando; order gebod
mando bevel; bevelschrift; commando; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanvoeren; aanvoering; aanwijzing; bediening; beheer; besturen; besturing; bestuur; dienstorder; directie; instructie; leiding; regeren; voorgaan; voorschrift; voorwerker
misión bevelschrift; consigne; dwangbevel; opdracht; order; taak aanwijzing; afgifte; arbeid; bezigheid; bezorging; geleverde; hobby; instructie; job; karwei; leverantie; levering; missie; roeping; voorschrift; zending met speciale opdracht
orden bevel; commando; order aaneenschakeling; aanschrijving; aanwijzing; aanzegging; allegaartje; beleefdheid; beschaafdheid; bestel; betamelijkheid; decorum; dienstorder; discipline; dwang; fatsoen; fatsoenlijkheid; gehoorzaamheid; gelazer; gelid; gevoeglijkheid; instructie; kennisgeving; keten; keurigheid; mengelmoes; narigheid; netheid; onberispelijkheid; onderwerping; opbouw; openhartigheid; openheid; opgeruimdheid; oprechtheid; orde; ordelijkheid; ordening; organisatie; properheid; reeks; regelmaat; reglementering; rij; rij manschappen; rondborstigheid; rondheid; samenraapsel; samenstel; samenstelling; serie; smetteloosheid; structuur; systeem; trammelant; tucht; verordening; voorschrift; welgemanierdheid; welvoeglijkheid
pedido order aanschrijving; aanvulling; aanzegging; additie; bestelopdracht; bijlage; kennisgeving; meezending; onderdelenbestelopdracht; toelichting
- bevel; opdracht
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
comando opdracht
orden z-volgorde
ModifierRelated TranslationsOther Translations
pedido georderd; gewenst; gewild; verlangd; wenselijk

Related Words for "order":

  • orders, ordertje, ordertjes

Synonyms for "order":


Related Definitions for "order":

  1. opdracht om iets te leveren1
    • wij hebben een order bij dat bedrijf geplaatst1
  2. wat je moet doen van iemand1
    • de soldaten kregen een order om te vertrekken1

Wiktionary Translations for order:


Cross Translation:
FromToVia
order orden; mandato order — command
order orden; mandato order — request for some product or service
order pedido; encargo; demanda commande — comm|fr ordre donné à un fabricant, à un ouvrier, à un artiste de faire un certain ouvrage, ou à un marchand de faire une certaine livraison.

Related Translations for order