Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. overstag gaan:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for overstag gaan from Dutch to Spanish

overstag gaan:

overstag gaan verb (ga overstag, gaat overstag, ging overstag, gingen overstag, overstag gegaan)

  1. overstag gaan

Conjugations for overstag gaan:

o.t.t.
  1. ga overstag
  2. gaat overstag
  3. gaat overstag
  4. gaan overstag
  5. gaan overstag
  6. gaan overstag
o.v.t.
  1. ging overstag
  2. ging overstag
  3. ging overstag
  4. gingen overstag
  5. gingen overstag
  6. gingen overstag
v.t.t.
  1. ben overstag gegaan
  2. bent overstag gegaan
  3. is overstag gegaan
  4. zijn overstag gegaan
  5. zijn overstag gegaan
  6. zijn overstag gegaan
v.v.t.
  1. was overstag gegaan
  2. was overstag gegaan
  3. was overstag gegaan
  4. waren overstag gegaan
  5. waren overstag gegaan
  6. waren overstag gegaan
o.t.t.t.
  1. zal overstag gaan
  2. zult overstag gaan
  3. zal overstag gaan
  4. zullen overstag gaan
  5. zullen overstag gaan
  6. zullen overstag gaan
o.v.t.t.
  1. zou overstag gaan
  2. zou overstag gaan
  3. zou overstag gaan
  4. zouden overstag gaan
  5. zouden overstag gaan
  6. zouden overstag gaan
diversen
  1. ga overstag!
  2. gaat overstag!
  3. overstag gegaan
  4. overstag gaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for overstag gaan:

VerbRelated TranslationsOther Translations
cambiar de rumbo overstag gaan
hacer una zancadilla overstag gaan

Wiktionary Translations for overstag gaan:


Cross Translation:
FromToVia
overstag gaan voltejear tack — nautical: to turn the bow through the wind

Related Translations for overstag gaan