Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. overtollig:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for overtollig from Dutch to Spanish

overtollig:

overtollig adj

  1. overtollig

Translation Matrix for overtollig:

NounRelated TranslationsOther Translations
inútil geitenbreier; lammeling; lamzak; lanterfanter; lapzwans; leegloper; lijntrekker; nietsnut; niksnut; slampamper; slapkous
sobrante agio; exces; het overgeblevene; laatste rest; overblijfsel; overmaat; overschot; rest; restant; rijkelijke maat; saldo; staartje; surplus; teveel
ModifierRelated TranslationsOther Translations
inútil overtollig doelloos; ijdel; krukkig; nutteloos; onbeholpen; onbruikbaar; onhandig; onnut; schutterig; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig; tevergeefs; vergeefs; vruchteloos; waardeloos; zinledig; zinloos; zonder nut; zonder resultaat
sobrante overtollig boventallig; overcompleet
superfluo overtollig boventallig; misbaar; ontbeerlijk; overcompleet

Related Words for "overtollig":

  • overtolligheid, overtollige

Wiktionary Translations for overtollig:

overtollig
adjective
  1. wat in te ruime mate aanwezig is

Cross Translation:
FromToVia
overtollig superfluo; redundante redundant — superfluous
overtollig superfluo superfluous — excess of what is sufficient