Dutch
Detailed Translations for platwalsen from Dutch to Spanish
platwalsen:
-
platwalsen (platstampen)
Conjugations for platwalsen:
o.t.t.
- wals plat
- walst plat
- walst plat
- walsen plat
- walsen plat
- walsen plat
o.v.t.
- walste plat
- walste plat
- walste plat
- walsten plat
- walsten plat
- walsten plat
v.t.t.
- heb plat gewalst
- hebt plat gewalst
- heeft plat gewalst
- hebben plat gewalst
- hebben plat gewalst
- hebben plat gewalst
v.v.t.
- had plat gewalst
- had plat gewalst
- had plat gewalst
- hadden plat gewalst
- hadden plat gewalst
- hadden plat gewalst
o.t.t.t.
- zal platwalsen
- zult platwalsen
- zal platwalsen
- zullen platwalsen
- zullen platwalsen
- zullen platwalsen
o.v.t.t.
- zou platwalsen
- zou platwalsen
- zou platwalsen
- zouden platwalsen
- zouden platwalsen
- zouden platwalsen
en verder
- ben platgewast
- bent platgewalst
- is platgewalst
- zijn platgewalst
- zijn platgewalst
- zijn platgewalst
diversen
- wals plat!
- walst plat!
- plat gewalst
- plat walsend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for platwalsen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
aplastar | aanstampen; vasttreden | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
aplastar | platstampen; platwalsen | aantasten; aanvreten; afplatten; bederven; beschadigen; dooddrukken; effenen; fijn drukken; fijnmaken; kapotdrukken; platdrukken; platmaken; smashen; verbrijzelen; vergruizen; vermorzelen; verpletteren |