Noun | Related Translations | Other Translations |
clasificación
|
arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikken; rangschikking; schikking
|
annexatie; assemblage; assembleren; classificatie; hiërarchie; inlijving; karakterisering; klassement; klassenindeling; klassering; montage; rang; rangorde; samenstelling; samenvoeging; typering; volgorde
|
clasificar
|
rangschikken; rangschikking
|
|
distribución
|
arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
|
afgeven; afgifte; afleveren; aflevering; bestelling; bezorging; distributie; distributiekantoor; geleverde; leverantie; leveren; levering; overhandiging; uitdeling; uitgaaf; uitgifte; uitreiking; uitstrooiing; verspreiding; verstrekking
|
división
|
arrangement; indeling; opstelling; ordening; rangschikking; schikking
|
afbreking; afdeling; afsplijten; afsplijting; afsplitsen; afsplitsing; aftakking; brigade; departement; detachement; divisie; driesprong; legerafdeling; opdeling; sectie; splitsing; tak; tussenmuurtje; vakgroep; verdeling; vertakking; wegsplitsing
|
escalafón
|
rangschikken; rangschikking
|
opbouw; ordening; organisatie; samenstelling; structuur; systeem
|
fila
|
rangschikken; rangschikking
|
aaneenschakeling; chocolade; chocoladereep; gelid; keten; rang; rangorde; record; reeks; reep; rij; rij manschappen; rijtje; serie
|
jerarquía
|
rangschikken; rangschikking
|
hiërarchie; rang; rangorde; volgorde
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
clasificar
|
|
arrangeren; classificeren; ficheren; groeperen; herbergen; huisvesten; iemand onderdak verlenen; indelen; klasseren; onderbrengen; onderdak geven; onderdak verschaffen; ordenen; plaatsen; rangeren; rangordenen; rangschikken; schiften; sorteren; systematiseren; uitzoeken
|
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
división
|
|
divisie
|