Summary
Dutch
Detailed Translations for schepen from Dutch to Spanish
schepen:
-
de schepen (vaartuigen; boten; schuiten; schuitjes)
-
de schepen (lekenrechter)
Translation Matrix for schepen:
Noun | Related Translations | Other Translations |
barcos | boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen | |
barquitos | boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen | bootjes; scheepjes; schuitjes |
buques | boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen | |
embarcaciones | boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen | |
juez lego | lekenrechter; schepen | lekenrechter; lekerechter |
naves | boten; schepen; schuiten; schuitjes; vaartuigen | hallen |
Related Words for "schepen":
schepen form of schep:
Translation Matrix for schep:
Noun | Related Translations | Other Translations |
azada | schep; schop; spade | hak; houw; schoffel; slag met een scherp werktuig |
pala | schep; schop; spade | blik; grijparm; hakhout; metaal; paddel; peddel; scheplepel; schoep van een scheprad; slaghout; tin; vangarm |