Dutch
Detailed Translations for verstarren from Dutch to Spanish
verstarren:
-
verstarren (verstijven; verstenen)
quedarse rígido; agarrotarse; inmobilizarse-
quedarse rígido verb
-
agarrotarse verb
-
inmobilizarse verb
-
Conjugations for verstarren:
o.t.t.
- verstar
- verstart
- verstart
- verstarren
- verstarren
- verstarren
o.v.t.
- verstarde
- verstarde
- verstarde
- verstarden
- verstarden
- verstarden
v.t.t.
- ben verstard
- bent verstard
- is verstard
- zijn verstard
- zijn verstard
- zijn verstard
v.v.t.
- was verstard
- was verstard
- was verstard
- waren verstard
- waren verstard
- waren verstard
o.t.t.t.
- zal verstarren
- zult verstarren
- zal verstarren
- zullen verstarren
- zullen verstarren
- zullen verstarren
o.v.t.t.
- zou verstarren
- zou verstarren
- zou verstarren
- zouden verstarren
- zouden verstarren
- zouden verstarren
diversen
- verstar!
- verstart!
- verstard
- verstarrend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for verstarren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
agarrotarse | verstarren; verstenen; verstijven | klemmen; knellen; omklemmen |
inmobilizarse | verstarren; verstenen; verstijven | |
quedarse rígido | verstarren; verstenen; verstijven | stijf maken; stijven |
Wiktionary Translations for verstarren:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verstarren | → petrificar | ↔ petrify — to immobilize with fright |