Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. wieken:
  2. wiek:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for wieken from Dutch to Spanish

wieken:

wieken [de ~] noun, plural

  1. de wieken
    la aspas

Translation Matrix for wieken:

NounRelated TranslationsOther Translations
aspas wieken

Related Words for "wieken":


wieken form of wiek:

wiek [de ~] noun

  1. de wiek (vleugel; vlerk)
    la ala
    • ala [la ~] noun

Translation Matrix for wiek:

NounRelated TranslationsOther Translations
ala vlerk; vleugel; wiek flens; hufter; katoen; katoenstof; klootzak

Related Words for "wiek":


Related Definitions for "wiek":

  1. elk van de balken met latwerk die aan een molen draaien1
    • een molen heeft vier wieken1

Wiktionary Translations for wiek:

wiek
noun
  1. een vleugel van een windmolen
  2. een pit van een lamp

Cross Translation:
FromToVia
wiek ala wing — part of an animal