Summary
Dutch
Detailed Translations for wisselgeld from Dutch to Spanish
wisselgeld:
-
het wisselgeld (kleingeld)
-
het wisselgeld
Translation Matrix for wisselgeld:
Noun | Related Translations | Other Translations |
vuelta | kleingeld; wisselgeld | achterkant; achterstel; achterzijde; bocht; cirkel; dagtocht; draai; draaicirkel; excursie; inversie; keer; keerpunt; keerzijde; kering; kring; kromming; kronkel; leuning; omdraaiing; omkering; omkering van de woordvolgorde; ommedraai; ommekeer; omwenteling; onaangename zijde; rentree; revolutie; ronding; rondje; rondtocht; rondwandeling; rug; rugleuning; rugstuk; rugzijde; terugkomst; terugrit; terugtocht; terugweg; thuiskomst; toer; totale verandering; uitstapje; wending; zwenking |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
flotante | wisselgeld | drijvend; vliegend; zwevend |
Wiktionary Translations for wisselgeld:
wisselgeld
Cross Translation:
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wisselgeld | → cambio; calderilla; chatarra; morralla; sencillo; suelto; menudo; feria; vuelto | ↔ change — small denominations of money given in exchange for a larger denomination |
• wisselgeld | → vuelto; vueltas; vuelta; devueltas; cambio | ↔ change — money given back |