Noun | Related Translations | Other Translations |
cerrar
|
|
dichtdoen; dichtdraaien
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
cerrar
|
dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten
|
aantrekken; afbakenen; afgrendelen; afpalen; afschotten; afschutten; afsluiten; afzetten; afzien van rechtsvervolging; begrenzen; beknotten; beperken; borgen; correct zijn; dicht maken; dichtbinden; dichtdoen; dichtdraaien; dichten; dichtgooien; dichtmaken; dichtslaan; dichtstoppen; dichttrekken; dichtwerpen; grendelen; kloppen; locken; omlijnen; op slot doen; op slot zetten; schutten; seponeren; sluiten; stoppen; toebinden; toedoen; toedraaien; toemaken; toetrekken; uitdoen; uitdraaien; vergrendelen
|
cerrar con llave
|
dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten
|
afgrendelen; afsluiten; borgen; correct zijn; dichtdoen; dichtmaken; grendelen; kloppen; locken; op slot doen; op slot zetten; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken; vergrendelen
|
cerrar de golpe
|
dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten
|
afsluiten; dichtdoen; dichtmaken; dichtstoten; grijpen; sluiten; toedoen; toemaken; toeslaan; toetrekken
|
cerrarse
|
dichtgaan; dichtvallen; toevallen; zich sluiten
|
afsluiten; dichtdoen; dichtgroeien; dichtmaken; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken
|