Noun | Related Translations | Other Translations |
conclusion
|
eind; einde; ontknoping
|
conclusie; eindsom; gevolgtrekking; slotbeschouwing; slotsom
|
dénouement
|
eind; einde; ontknoping
|
|
fin
|
eind; einde; ontknoping
|
afhaken; beëindiging; conclusie; einde; eindigen; eindpunt; eindstreep; end; finale; finish; finishlijn; kappen; laatste opvoering; meet; ophouden; slot; slotbeschouwing; slotstuk; sluiting; sluitstuk; staken; uiteinde; uitscheiden
|
issue
|
eind; einde; ontknoping
|
afloop; ontsnappingsmogelijkheid; resultaat; uitgang; uitkomst; uitloop; uitweg
|
résultat
|
eind; einde; ontknoping
|
afloop; antwoord; behaalde; bevinding; conclusie; consequentie; effect; eindsom; gevolg; gevolgtrekking; oplossing; resultaat; slotsom; uitkomst; uitvloeisel; uitwerking; voortvloeisel
|
-
|
slot; stuk
|
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
fin
|
|
adrem; arglistig; bijdehand; delicaat; doortrapt; dun; elegant; fel; fijn; fijn van smaak; fijngebouwd; fijngevoelig; fijnzinnig; gehaaid; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gracieus; grievend; hanig; krenkend; kwetsend; leep; lichtgebouwd; link; listig; pinnig; raak; rank; scherp; scherpzinnig; schrander; sierlijk; slank; slim; slinks; sluw; snedig; snibbig; subtiel; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; uitgeslapen; vinnig; vlijmend
|