Dutch

Detailed Translations for nukkig from Dutch to French

nukkig:


Translation Matrix for nukkig:

NounRelated TranslationsOther Translations
baroque barok
bougon brombeer; brompot; grompot; kankeraar; knorrepot; mopperaar
grincheux chagrijn; chagrijnen; spelbreker; zuurpruim; zuurpruimen
grognon brombeer; brompot; grompot; kankeraar; knorrepot; mopperaar
plaignant aanklager; eiser; iemand die klaagt; klager; officier van justitie; openbaar aanklager; reclamant
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
variable variabele
ModifierRelated TranslationsOther Translations
baroque grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig apart; barok; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; ongewoon; typisch; vreemd; zonderling
bougon chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd brommerig; brommmerig; mopperig
capricieux grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; ongewoon; typisch; vreemd; zonderling
changeant grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig buiig; inconsistent; onbestendig; variabel; variabele; variërend; veranderlijk; wisselvallig
fantasque grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; ongewoon; typisch; vreemd; zonderling
grincheux chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd aangebrand; beklagend; bokkig; brommerig; chagrijnig; gebelgd; gekwetst; gemelijk; gepikeerd; geprikkeld; gevoelig; humeurig; knorrig; korzelig; lichtgeraakt; misnoegd; mopperig; negatief; nors; nurks; ontevreden; ontstemd; sikkeneurig; slecht gehumeurd; stuurs; verontwaardigd; verstoord; wrevelig; zeurderig
grognon chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd aangebrand; brommerig; brommmerig; chagrijnig; gemelijk; gevoelig; humeurig; knorrig; korzelig; lichtgeraakt; mopperig; nors; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd; stuurs; wrevelig
hargneux chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd aangebrand; bits; bitter; boos; furieus; gebelgd; gekwetst; gepikeerd; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; giftig; katterig; kattig; kregelig; kribbig; kwaad; misnoegd; nijdig; ontevreden; ontstemd; onvriendelijk; pinnig; pissig; prikkelbaar; razend; snauwerig; snibbig; spinnig; spinnijdig; toornig; verbolgen; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; vinnig; woedend; woest; wrevelig; zeer boos; ziedend
imprévisible grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
incalculable grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig onafzienbaar; onoverzienbaar
inconstant grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig dun van gestalte; gammel; geestelijk onstabiel; krakkemikkig; labiel; mager; onbestendig; onstabiel; rank; variabele; veranderlijk; waggelend; wankel; wisselvallig; zwak
instable grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig gammel; geestelijk onstabiel; halfslachtig; inconsistent; insolide; krakkemikkig; labiel; onstabiel; onstandvastig; twijfelmoedig; veranderlijk; waggelend; wankel; wankelmoedig; zwak
plaignant chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd beklagend; chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; negatief; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd; zeurderig
variable grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig inconsistent; onbestendig; variabel; variabele; variërend; veranderlijk; wisselvallig
versatile grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
volage grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig

Related Words for "nukkig":

  • nukkigheid, nukkige

Wiktionary Translations for nukkig:


Cross Translation:
FromToVia
nukkig boudeur; boudeuse sulky — gloomy