Summary
Dutch to French: more detail...
- ongehuwd:
-
Wiktionary:
- ongehuwd → célibataire
- ongehuwd → célibataire, non marié, non mariée
Dutch
Detailed Translations for ongehuwd from Dutch to French
ongehuwd:
-
ongehuwd
Translation Matrix for ongehuwd:
Noun | Related Translations | Other Translations |
célibataire | alleenstaande; vrijgezel | |
Adjective | Related Translations | Other Translations |
libre | ongehuwd | beschikbaar; brutaal; disponibel; in een handomdraai; in vrijheid; loos; moeiteloos; natuurlijk; niet beschroomd; onbelemmerd; onbeschroomd; ongedwongen; ongekunsteld; ontvankelijk; openstaand; stoutmoedig; vacant; vanzelf; vatbaar; vrij; vrijmoedig; vrijpostig; zonder moeite; zonder taak |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
célibataire | ongehuwd | alleenstaand; ongebonden; ongetrouwd; single; vrijgezel |
non marié | ongehuwd |
Wiktionary Translations for ongehuwd:
ongehuwd
Cross Translation:
adjective
-
Qui n’est pas marié
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ongehuwd | → célibataire | ↔ unmarried — having no husband or wife |
• ongehuwd | → non marié; non mariée; célibataire | ↔ unverheiratet — keine Ehefrau oder Ehemann habend |