Summary
Dutch
Detailed Translations for uitloper from Dutch to French
uitloper:
-
de uitloper (rank)
Translation Matrix for uitloper:
Noun | Related Translations | Other Translations |
branche | rank; uitloper | afdeling; basisbestanddeel; bedrijfstak; bestanddeel; boomtak; branche; component; deel; deelsoort; departement; detachement; economische sector; element; ent; fractie; ingrediënt; loot; onderdeel; sectie; specialisatie; specialisme; stuk; tak; takje; twijg; vakgebied; vakgroep; vertakking; zijtak |
pousse | rank; uitloper | scheutje |
sarment | rank; uitloper | rank; ranken |
tige | rank; uitloper | boomtak; ent; halm; handvat in de vorm van stok; rank; ranken; schacht; steel; stengel; tak; tuchtroede |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
branche | branche; branche-element; vertakking; voorwaardelijke branche |