Summary
Dutch to French: more detail...
- opvallend:
- opvallen:
-
Wiktionary:
- opvallend → voyant
- opvallend → incroyablement, voyant, visible, qui se remarque aisément, remarquable, kitsch, surfait, criard, vulgaire, frappant, frappante, spectaculaire
- opvallen → frapper, heurter
- opvallen → recommander
Dutch
Detailed Translations for opvallend from Dutch to French
opvallend:
-
opvallend (opmerkelijk; saillant; opmerkenswaardig; frappant; in het oog springend; treffend; in het oog lopend)
remarquable; frappant; caractéristique; marquant; saillant; surprenant; ostensiblement; particulier; évident; voyant; considérable; clair; avoué; considérablement; notable; notablement; substantiel; sans équivoque; évidemment; spécifique; typique; représentatif; typiquement; particulièrement-
remarquable adj
-
frappant adj
-
caractéristique adj
-
marquant adj
-
saillant adj
-
surprenant adj
-
ostensiblement adj
-
particulier adj
-
évident adj
-
voyant adj
-
considérable adj
-
clair adj
-
avoué adj
-
considérablement adj
-
notable adj
-
notablement adj
-
substantiel adj
-
sans équivoque adj
-
évidemment adj
-
spécifique adj
-
typique adj
-
représentatif adj
-
typiquement adj
-
particulièrement adj
-
-
opvallend (eruitspringend; uitsteken)
Translation Matrix for opvallend:
Related Words for "opvallend":
Wiktionary Translations for opvallend:
opvallend
Cross Translation:
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• opvallend | → incroyablement | ↔ amazingly — to a wonder-inspiring extent |
• opvallend | → voyant; visible; qui se remarque aisément; remarquable | ↔ conspicuous — obvious or easy to notice |
• opvallend | → voyant; kitsch; surfait; criard; vulgaire | ↔ gaudy — very showy or ornamented |
• opvallend | → remarquable | ↔ remarkable — worthy of being remarked |
• opvallend | → frappant; frappante; spectaculaire | ↔ auffällig — die Aufmerksamkeit auf sich ziehend |
opvallend form of opvallen:
-
opvallen (uitsteken; uitspringen; eruit springen; afsteken; in het oog lopen)
étaler; contraster; se faire valoir; se pavaner-
étaler verb (étale, étales, étalons, étalez, étalent, étalais, étalait, étalions, étaliez, étalaient, étalai, étalas, étala, étalâmes, étalâtes, étalèrent, étalerai, étaleras, étalera, étalerons, étalerez, étaleront)
-
contraster verb (contraste, contrastes, contrastons, contrastez, contrastent, contrastais, contrastait, contrastions, contrastiez, contrastaient, contrastai, contrastas, contrasta, contrastâmes, contrastâtes, contrastèrent, contrasterai, contrasteras, contrastera, contrasterons, contrasterez, contrasteront)
-
se faire valoir verb
-
se pavaner verb
-
Conjugations for opvallen:
o.t.t.
- val op
- valt op
- valt op
- vallen op
- vallen op
- vallen op
o.v.t.
- viel op
- viel op
- viel op
- vielen op
- vielen op
- vielen op
v.t.t.
- ben opgevallen
- bent opgevallen
- is opgevallen
- zijn opgevallen
- zijn opgevallen
- zijn opgevallen
v.v.t.
- was opgevallen
- was opgevallen
- was opgevallen
- waren opgevallen
- waren opgevallen
- waren opgevallen
o.t.t.t.
- zal opvallen
- zult opvallen
- zal opvallen
- zullen opvallen
- zullen opvallen
- zullen opvallen
o.v.t.t.
- zou opvallen
- zou opvallen
- zou opvallen
- zouden opvallen
- zouden opvallen
- zouden opvallen
diversen
- val op!
- valt op!
- opgevallen
- opvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
opvallen
Translation Matrix for opvallen:
Related Definitions for "opvallen":
Wiktionary Translations for opvallen:
opvallen
opvallen
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• opvallen | → recommander | ↔ empfehlen — (transitiv) unpersönlich: einen guten Eindruck hinterlassen |