Dutch
Detailed Translations for bezorgers from Dutch to French
bezorgers:
-
de bezorgers (bodes; koeriers; rondbrengers)
Translation Matrix for bezorgers:
Noun | Related Translations | Other Translations |
facteurs | bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers | brievenbestellers; hulpjes; loopjongens; postbodes |
livreurs | bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers | bestellers; hulpjes; loopjongens; uitreikers |
messagers | bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers | hulpjes; loopjongens |
porteurs | bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers | bestellers; hulpjes; loopjongens; uitreikers |
Related Words for "bezorgers":
bezorger:
-
de bezorger (rondbrenger; bode; besteller; koerier)
-
de bezorger (postbode; brievenbesteller; besteller; bode)
Translation Matrix for bezorger:
Noun | Related Translations | Other Translations |
facteur | besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; koerier; postbode; rondbrenger | element; factor |
livreur | besteller; bezorger; bode; koerier; rondbrenger | |
porteur | besteller; bezorger; bode; koerier; rondbrenger | bagagedrager; bezitter; brenger; drager; eigenaar; expediteur; houder; kruier; lastdrager; lijkdrager; penhouder; sjouwer; toonder; transporteur; vervoerder; vrachtondernemer; vrachtvervoerder |
Related Words for "bezorger":
Wiktionary Translations for bezorger:
bezorger
noun
-
Celui, celle qui pourvoit (1)