Dutch
Detailed Translations for bijvoeglijk naamwoord from Dutch to French
bijvoeglijk naamwoord:
-
het bijvoeglijk naamwoord (adjectief)
Translation Matrix for bijvoeglijk naamwoord:
Noun | Related Translations | Other Translations |
adjectif | adjectief; bijvoeglijk naamwoord | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
adjectif | adjectivisch; adjectivistisch; bijvoeglijk |
Wiktionary Translations for bijvoeglijk naamwoord:
bijvoeglijk naamwoord
Cross Translation:
noun
bijvoeglijk naamwoord
-
een woordsoort die wordt gebruikt om een eigenschap of hoedanigheid van een zelfstandig naamwoord te benoemen
- bijvoeglijk naamwoord → adjectif
noun
-
Grammaire (1)
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bijvoeglijk naamwoord | → adjectif | ↔ adjective — (grammar) a word that modifies a noun or describes a noun’s referent |
• bijvoeglijk naamwoord | → attribut | ↔ predicative adjective — adjective that follows noun |