Dutch
Detailed Translations for couverten from Dutch to French
couvert:
Translation Matrix for couvert:
Noun | Related Translations | Other Translations |
couvert | bestek; couvert; eetgerei; enveloppe; maaltijdgang; omslag; wikkel | dekmantel |
enveloppe | couvert; enveloppe; omslag; wikkel | boekomslag; briefomslag; buitenkant; emballage; envelop; huls; kaft; omhulsel; omkleedsel; omslag; omwindsel; schaal; schelp; verpakking |
partie du repas | couvert; maaltijdgang | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
couvert | afgedekt; bedekt; beteuterd; betrokken; bewolkt; gecovered; gedekt; gezekerd; onderhuids; overdekt; overkapt; sip; sluimerend; teleurgesteld; verborgen; verborgen aanwezig zijn; verkapt; verkleed; vermomd; volgebouwd |
Related Words for "couvert":
Wiktionary Translations for couvert:
couvert
noun
-
La nappe avec les serviettes, les couteaux, les cuillers, etc. (Sens général).
-
Ce qui pouvoir entourer quelque chose.