Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. declameren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for declameren from Dutch to French

declameren:

declameren verb (declameer, declameert, declameerde, declameerden, gedeclameerd)

  1. declameren (hoogdravend praten; oreren)
    réciter
    • réciter verb (récite, récites, récitons, récitez, )
  2. declameren (verzen voordragen; voordragen)
    réciter; déclamer des vers; chanter
    • réciter verb (récite, récites, récitons, récitez, )
    • chanter verb (chante, chantes, chantons, chantez, )

Conjugations for declameren:

o.t.t.
  1. declameer
  2. declameert
  3. declameert
  4. declameren
  5. declameren
  6. declameren
o.v.t.
  1. declameerde
  2. declameerde
  3. declameerde
  4. declameerden
  5. declameerden
  6. declameerden
v.t.t.
  1. heb gedeclameerd
  2. hebt gedeclameerd
  3. heeft gedeclameerd
  4. hebben gedeclameerd
  5. hebben gedeclameerd
  6. hebben gedeclameerd
v.v.t.
  1. had gedeclameerd
  2. had gedeclameerd
  3. had gedeclameerd
  4. hadden gedeclameerd
  5. hadden gedeclameerd
  6. hadden gedeclameerd
o.t.t.t.
  1. zal declameren
  2. zult declameren
  3. zal declameren
  4. zullen declameren
  5. zullen declameren
  6. zullen declameren
o.v.t.t.
  1. zou declameren
  2. zou declameren
  3. zou declameren
  4. zouden declameren
  5. zouden declameren
  6. zouden declameren
diversen
  1. declameer!
  2. declameert!
  3. gedeclameerd
  4. declamerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for declameren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
chanter declameren; verzen voordragen; voordragen krieken; zingen
déclamer des vers declameren; verzen voordragen; voordragen
réciter declameren; hoogdravend praten; oreren; verzen voordragen; voordragen opzeggen; reciteren; voordragen

Wiktionary Translations for declameren:

declameren
verb
  1. letterkundige werken mondeling voordragen

Cross Translation:
FromToVia
declameren scander; déclamer; réciter declaim — recite