Summary


Dutch

Detailed Translations for einde from Dutch to French

einde:

einde [het ~] noun

  1. het einde (finale)
    le finale; la fin; le bout
  2. het einde (beëindiging; sluiting; slot)
    la clôture; la fin; la cessation; l'achèvement
  3. het einde
    le fin
    • fin [le ~] noun
  4. het einde (ontknoping; eind)
    le dénouement; la fin; l'issue; la conclusion; le résultat
  5. het einde (finishlijn; eindpunt; finish; meet; eindstreep)
    l'arrivée; le finish; la fin; la ligne d'arrivée

Translation Matrix for einde:

NounRelated TranslationsOther Translations
achèvement beëindiging; einde; slot; sluiting afbouwen; afhaken; afkrijgen; afmaken; afschrijven; afwerken; completering; conclusie; eindigen; kappen; ophouden; slotbeschouwing; staken; uitscheiden; volbrenging; voltooiing
arrivée einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet aankomen; aankomst; arriveren; binnenkomst; entree; inkomst; intocht; intrede; komen; komen aanrijden; komst; overkomst
bout einde; finale aandeel; aanwijzing; deel; deeltje; greep; kolf; onderdeeltje; part; stomp; stronk; teenstuk; tip; uiteinde; vingerwenk; vingerwijzing; wenk
cessation beëindiging; einde; slot; sluiting beëindigen; opheffen; opheffing; stagnatie; stilstand
clôture beëindiging; einde; slot; sluiting afrastering; afschutting; afsluiting; barricade; conclusie; dichtmaken; heining; hekwerk; het afsluiten; houtwal; muur; omheining; omrastering; raster; rastering; rasterwerk; rooster; schutting; slotbeschouwing; sluiting; versperring
conclusion eind; einde; ontknoping conclusie; eindsom; gevolgtrekking; slotbeschouwing; slotsom
dénouement eind; einde; ontknoping
fin beëindiging; eind; einde; eindpunt; eindstreep; finale; finish; finishlijn; meet; ontknoping; slot; sluiting afhaken; conclusie; eindigen; end; finale; kappen; laatste opvoering; ophouden; slotbeschouwing; slotstuk; sluitstuk; staken; uiteinde; uitscheiden
finale einde; finale conclusie; eindstrijd; finale; laatste opvoering; slotbeschouwing; slotnummer; slotstuk; sluitstuk
finish einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet
issue eind; einde; ontknoping afloop; ontsnappingsmogelijkheid; resultaat; uitgang; uitkomst; uitloop; uitweg
ligne d'arrivée einde; eindpunt; eindstreep; finish; finishlijn; meet
résultat eind; einde; ontknoping afloop; antwoord; behaalde; bevinding; conclusie; consequentie; effect; eindsom; gevolg; gevolgtrekking; oplossing; resultaat; slotsom; uitkomst; uitvloeisel; uitwerking; voortvloeisel
ModifierRelated TranslationsOther Translations
fin adrem; arglistig; bijdehand; delicaat; doortrapt; dun; elegant; fel; fijn; fijn van smaak; fijngebouwd; fijngevoelig; fijnzinnig; gehaaid; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gracieus; grievend; hanig; krenkend; kwetsend; leep; lichtgebouwd; link; listig; pinnig; raak; rank; scherp; scherpzinnig; schrander; sierlijk; slank; slim; slinks; sluw; snedig; snibbig; subtiel; teerbesnaard; teergevoelig; tenger; uitgeslapen; vinnig; vlijmend

Related Words for "einde":

  • eindes

Wiktionary Translations for einde:

einde
Cross Translation:
FromToVia
einde fin The End — end of a story
einde conclusion; fin conclusion — end, final part
einde extrémité; bout; fin end — extreme part
einde fin Ende — Abschluss einer Geschichte z. B. eines Buches oder Filmes
einde fin EndeAbschluss eines zeitlichen Vorganges
einde fin; extrémité; bout Ende — Abschluss bzw. Abgrenzung eines Gegenstandes
einde fin SchlussEnde oder Handlung des Beendens (siehe auch „beenden“)

Related Translations for einde