Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. hebbeding:


Dutch

Detailed Translations for hebbeding from Dutch to French

hebbeding:

hebbeding [het ~] noun

  1. het hebbeding (snuisterij)
    le bibelot; la babiole

Translation Matrix for hebbeding:

NounRelated TranslationsOther Translations
babiole hebbeding; snuisterij bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; kleinood; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; snuisterij; wissewasje
bibelot hebbeding; snuisterij kleinigheid; snuisterij

Related Words for "hebbeding":

  • hebbedingen