Noun | Related Translations | Other Translations |
hausse
|
herleving; opbloei; opleving
|
aangroei; aangroeiing; aanwas; aanwinst; bloei; expansie; groei; groter worden; hausse; hoogconjunctuur; ontplooiing; ontwikkeling; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking; wasdom
|
nouvelle éclosion
|
herleving; opbloei; opleving
|
|
renaissance
|
herleving; opbloei; opleving
|
renaissance; wedergeboorte
|
renouveau
|
herleving; opbloei; opleving
|
renaissance; wedergeboorte
|
reprise
|
herleving; opbloei; opleving
|
herhaling; herneming; herovering; hervatting; nog eens doen; overname; reprise; verwijderen; wegnemen
|
retour sur scène
|
comeback; herleving
|
|
régénération
|
herleving; opbloei; opleving
|
herschepping; innovatie; regeneratie; renaissance; verlevendiging; wedergeboorte
|
résurrection
|
herleving; opbloei; opleving
|
herrijzenis; opstanding; verrijzenis; verrijzing; wederopstanding
|
réveil
|
herleving; opbloei; opleving
|
reveil; reveille; verlevendiging; wakker maken; wekker; wektoestel
|