| Not Specified | Related Translations | Other Translations |
|
manifeste
|
|
assembly-manifest; manifest; manifest van de toepassing
|
| Modifier | Related Translations | Other Translations |
|
de toute évidence
|
te zien; zichtbaar
|
'tuurlijk; allicht; bemerkbaar; bijgevolg; blijkbaar; duidelijk; dus; helder; herkenbaar; hoorbaar; klaar als een klontje; logisch; merkbaar; natuurlijk; onontkomelijk; overduidelijk; tastbaar; uiteraard; vanzelfsprekend; voelbaar; waarneembaar; zeker; zichtbaar; zonder twijfel
|
|
distinct
|
te zien; zichtbaar
|
bemerkbaar; duidelijk; herkenbaar; hoorbaar; merkbaar; tastbaar; verstaanbaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar
|
|
manifeste
|
te zien; zichtbaar
|
aantoonbaar; aanwijsbaar; bemerkbaar; blijkbaar; duidelijk; flagrant; herkenbaar; hoorbaar; klaarblijkelijk; klare; manifest; merkbaar; onmiskenbaar; overduidelijk; tastbaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar; zo klaar als een klontje; zonneklaar
|
|
perceptible
|
te zien; zichtbaar
|
aanraakbaar; bemerkbaar; concreet; duidelijk; goed hoorbaar; grijpbaar; herkenbaar; hoorbaar; konkreet; merkbaar; onmiskenbaar; stoffelijk; tastbaar; verneembaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar
|
|
perceptiblement
|
te zien; zichtbaar
|
aanraakbaar; bemerkbaar; concreet; duidelijk; grijpbaar; herkenbaar; hoorbaar; konkreet; merkbaar; stoffelijk; tastbaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar
|
|
visible
|
te zien; zichtbaar
|
bemerkbaar; herkenbaar; hoorbaar; merkbaar; tastbaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar
|
|
visiblement
|
te zien; zichtbaar
|
bemerkbaar; blijkbaar; herkenbaar; hoorbaar; merkbaar; tastbaar; voelbaar; waarneembaar; zichtbaar
|
|
évidemment
|
te zien; zichtbaar
|
'tuurlijk; allicht; bemerkbaar; bijgevolg; daadwerkelijk; dus; frappant; geprononceerd; herkenbaar; hoorbaar; in het oog lopend; in het oog springend; logisch; markant; merkbaar; metterdaad; natuurlijk; ondubbelzinnig; onmiskenbaar; onontkomelijk; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; tastbaar; treffend; uiteraard; uitgesproken; vanzelfsprekend; voelbaar; waarneembaar; zeker; zichtbaar; zonder twijfel
|
|
évident
|
te zien; zichtbaar
|
'tuurlijk; aanschouwelijk; algemeen begrijpbaar; allicht; apert; automatisch; begrijpelijk; bemerkbaar; bijgevolg; direct; duidelijk; dus; eenduidig; flagrant; frappant; geprononceerd; helder; herkenbaar; hoorbaar; in het oog lopend; in het oog springend; klaar als een klontje; klaarblijkelijk; klare; logisch; markant; merkbaar; natuurlijk; ondubbelzinnig; onknap; onmiskenbaar; onontkomelijk; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; overduidelijk; recht door zee; regelrecht; saillant; tastbaar; treffend; uiteraard; uitgesproken; vanzelfsprekend; voelbaar; waarneembaar; zeker; zichtbaar; zo klaar als een klontje; zonder twijfel; zonneklaar
|