Summary
Dutch to French: more detail...
- transpireren:
-
Wiktionary:
- transpireren → suer, transpirer
- transpireren → transpirer
Dutch
Detailed Translations for transpireren from Dutch to French
transpireren:
-
transpireren (zweten)
transpirer-
transpirer verb (transpire, transpires, transpirons, transpirez, transpirent, transpirais, transpirait, transpirions, transpiriez, transpiraient, transpirai, transpiras, transpira, transpirâmes, transpirâtes, transpirèrent, transpirerai, transpireras, transpirera, transpirerons, transpirerez, transpireront)
-
Conjugations for transpireren:
o.t.t.
- transpireer
- transpireert
- transpireert
- transpireren
- transpireren
- transpireren
o.v.t.
- transpireerde
- transpireerde
- transpireerde
- transpireerden
- transpireerden
- transpireerden
v.t.t.
- heb getranspireerd
- hebt getranspireerd
- heeft getranspireerd
- hebben getranspireerd
- hebben getranspireerd
- hebben getranspireerd
v.v.t.
- had getranspireerd
- had getranspireerd
- had getranspireerd
- hadden getranspireerd
- hadden getranspireerd
- hadden getranspireerd
o.t.t.t.
- zal transpireren
- zult transpireren
- zal transpireren
- zullen transpireren
- zullen transpireren
- zullen transpireren
o.v.t.t.
- zou transpireren
- zou transpireren
- zou transpireren
- zouden transpireren
- zouden transpireren
- zouden transpireren
en verder
- ben getranspireerd
- bent getranspireerd
- is getranspireerd
- zijn getranspireerd
- zijn getranspireerd
- zijn getranspireerd
diversen
- transpireer!
- transpireert!
- getranspireerd
- transpirerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
transpireren (zweten)
Translation Matrix for transpireren:
Noun | Related Translations | Other Translations |
sueur | transpireren; zweten | |
transpiration | transpireren; zweten | transpiratie; zweet; zweten |
Verb | Related Translations | Other Translations |
transpirer | transpireren; zweten | dampen; doorsijpelen; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; filteren; laten doorsijpelen; percoleren; rook afgeven; stomen; uitwasemen; uitzweten; verdampen; wasemen; zweten |
Wiktionary Translations for transpireren:
transpireren
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• transpireren | → transpirer | ↔ perspire — to sweat |