Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. aanbetaling:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aanbetaling from Dutch to Swedish

aanbetaling:

aanbetaling [de ~ (v)] noun

  1. de aanbetaling
    deponera

Translation Matrix for aanbetaling:

NounRelated TranslationsOther Translations
deponera aanbetaling
VerbRelated TranslationsOther Translations
deponera deponeren; in bewaring geven; neerleggen; storten

Wiktionary Translations for aanbetaling:

aanbetaling
noun
  1. een eerste betaling bij het kopen van iets op afbetaling of in termijnen

Cross Translation:
FromToVia
aanbetaling handpenning deposit — money given as an initial payment
aanbetaling handpenning down payment — payment representing a fraction of the price
aanbetaling handpenning AnzahlungZahlung des ersten Teiles eines Gesamtbetrages
aanbetaling avbetalning acompte — Somme d’argent versée dès la signature d’un contrat, et enlevant toute possibilité de dédit