Summary
Dutch to Swedish: more detail...
- zwerven:
-
Wiktionary:
- zwerf- → kringflackande
- zwerven → vanka, irra
Dutch
Detailed Translations for zwerf- from Dutch to Swedish
zwerf- form of zwerven:
-
zwerven (omzwerven)
-
zwerven (rondreizen; reizen; trekken)
-
zwerven (rondzwerven; aan de zwerf zijn)
Conjugations for zwerven:
o.t.t.
- zwerf
- zwerft
- zwerft
- zwerven
- zwerven
- zwerven
o.v.t.
- zwierf
- zwierf
- zwierf
- zwierven
- zwierven
- zwierven
v.t.t.
- heb gezworven
- hebt gezworven
- heeft gezworven
- hebben gezworven
- hebben gezworven
- hebben gezworven
v.v.t.
- had gezworven
- had gezworven
- had gezworven
- hadden gezworven
- hadden gezworven
- hadden gezworven
o.t.t.t.
- zal zwerven
- zult zwerven
- zal zwerven
- zullen zwerven
- zullen zwerven
- zullen zwerven
o.v.t.t.
- zou zwerven
- zou zwerven
- zou zwerven
- zouden zwerven
- zouden zwerven
- zouden zwerven
diversen
- zwerf!
- zwerft!
- gezworven
- zwervend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for zwerven:
Verb | Related Translations | Other Translations |
luffa | reizen; rondreizen; trekken; zwerven | |
resa omkring | reizen; rondreizen; trekken; zwerven | bereizen |
ströva | aan de zwerf zijn; omzwerven; rondzwerven; zwerven | dolen; ronddwalen; waren |
vandra | aan de zwerf zijn; rondzwerven; zwerven | een voettocht maken |
Related Definitions for "zwerven":
Wiktionary Translations for zwerf-:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• zwerf- | → kringflackande | ↔ vagabond — Qui errer çà et là. |