Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. bruikbaar:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bruikbaar from Dutch to Swedish

bruikbaar:


Translation Matrix for bruikbaar:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
användbar bruikbaar; nuttig; praktisch; voordelig geniaal; toepasbaar; vernuftig
användbart bruikbaar; handig; inzetbaar; nuttig; praktisch; voordelig; werkbaar bruikbare; geniaal; toepasbaar; vernuftig
brukbar bruikbaar; handig; inzetbaar; nuttig; werkbaar bruikbare; handig; nuttig
brukbart bruikbaar; handig; inzetbaar; nuttig; werkbaar bruikbare; handig; nuttig

Related Words for "bruikbaar":


Wiktionary Translations for bruikbaar:


Cross Translation:
FromToVia
bruikbaar användbar; bruklig usable — capable of being used
bruikbaar nyttig; användbar useful — having a practical or beneficial use
bruikbaar passande; tjänlig; anständig convenable — Qui est approprier, qui convient à quelqu’un ou à quelque chose.
bruikbaar blid; gunstig; gynnsam propice — Qui est favorable, en parlant de divinité, toute puissance, ou autorité dont nous pouvoir dépendre.