Dutch
Detailed Translations for perceel from Dutch to Swedish
perceel:
Translation Matrix for perceel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
boning | huis; pand; perceel | huis; optrekje; stulp; verblijf |
bostad | huis; pand; perceel | accommodatie; domicilie; huis; huisvesting; onderbrenging; onderdak; onderkomen; optrekje; stulp; verblijf |
byggnad | huis; pand; perceel | aanleggen; blok; bouw; bouwsector; gebouw; opbouw; ordening; organisatie; pand; samenstelling; speelgoedblok; structuur; systeem |
hus | huis; pand; perceel | honk |
lott | bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein | lot; loterijbriefje; loterijlot; lotsbestemming |
obebygdd tomt | bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein | |
Other | Related Translations | Other Translations |
skifte | perceel |