Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Search: gerustheid

Dutch and Swedish Translation Search Results for gerustheid

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

gerustheid:
- sinnesfrid; sinnesro; inre lugn; ro; inre frid
gerust:
- utan sorger; sorglöst; lugnt; stilla; fridsam; fridsamt
Wiktionary:
- gerustheid → rast, ro, vila, paus

Dutch

Detailed Translations for gerustheid from Dutch to Swedish

gerustheid:

gerustheid [de ~ (v)] noun

de gerustheid (gemoedsrust; sereniteit; rust)
sinnesfrid; sinnesro; inre lugn; ro; inre frid
- sinnesfrid [-en] noun
- sinnesro [-en] noun
- inre lugn noun
- ro [-en] noun
- inre frid noun

Translation Matrix for gerustheid:

Noun	Related Translations	Other Translations
inre frid	gemoedsrust; gerustheid; rust; sereniteit
inre lugn	gemoedsrust; gerustheid; rust; sereniteit
ro	gemoedsrust; gerustheid; rust; sereniteit	kalmte; stilheid; stilte
sinnesfrid	gemoedsrust; gerustheid; rust; sereniteit	zielenrust
sinnesro	gemoedsrust; gerustheid; rust; sereniteit
Verb	Related Translations	Other Translations
ro		roeien

Related Words for "gerustheid":

gerust

Wiktionary Translations for gerustheid:

Cross Translation:

From	To	Via
• gerustheid	→ rast; ro; vila; paus	↔ repos — privation, cessation de mouvement, d’activité ou d’effort,.

gerustheid form of gerust:

gerust adj

gerust (zorgeloos; luchthartig; onbesuisd; onbezorgd; onbekommerd)
utan sorger; sorglöst
- utan sorger adj
- sorglöst adj
gerust (rustig)
lugnt; stilla; fridsam; fridsamt
- lugnt adj
- stilla adj
- fridsam adj
- fridsamt adj

Translation Matrix for gerust:

Noun	Related Translations	Other Translations
fridsam		kalmte; rust; vredigheid
Verb	Related Translations	Other Translations
stilla		stelpen; stillen
Modifier	Related Translations	Other Translations
fridsam	gerust; rustig	verdraagzaam; vredelievend; vreedzaam
fridsamt	gerust; rustig	verdraagzaam; vredelievend; vreedzaam
lugnt	gerust; rustig	amicaal; bedaard; beheerst; effen; egaal; gedeisd; gelijk; gelijkmoedig; geslepen; glad; kalm; kameraadschappelijk; plat; rustig; rustigjes; stil; strak; vlak; vlakuit; vriendschappelijk
sorglöst	gerust; luchthartig; onbekommerd; onbesuisd; onbezorgd; zorgeloos	lachziek; lichthartig
stilla	gerust; rustig	bedaard; bewegingloos; gedeisd; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; onbeweeglijk; onbewogen; roerloos; rustig; rustig aan; sereen; stil; stilletjes aan
utan sorger	gerust; luchthartig; onbekommerd; onbesuisd; onbezorgd; zorgeloos

Related Words for "gerust":

gerustheid

Related Definitions for "gerust":

rustig omdat je niet bang hoeft te zijn¹
- hij ging gerust slapen¹
zonder bezwaar¹
- kom gerust eens koffiedrinken!¹

External Machine Translations:

¹Muiswerk Woordenboek