Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. opstel:
  2. opstellen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for opstel from Dutch to Swedish

opstel:

opstel [het ~] noun

  1. het opstel (verslag; scriptie)
    uppsats; skrift

Translation Matrix for opstel:

NounRelated TranslationsOther Translations
skrift opstel; scriptie; verslag artikel; document; geschreven letter; geschreven stuk; geschrevene; geschrift; publicatie; schriftgeleerde; schriftuur; script; stuk; tekst; verhandeling; werkstuk
uppsats opstel; scriptie; verslag essay; verhandeling; werkstuk

Related Words for "opstel":


Wiktionary Translations for opstel:


Cross Translation:
FromToVia
opstel essä essay — written composition

opstel form of opstellen:

opstellen [het ~] noun

  1. het opstellen (redigeren; opmaken)
    utarbeta; skissa; formulera

Translation Matrix for opstellen:

NounRelated TranslationsOther Translations
formulera opmaken; opstellen; redigeren
skissa opmaken; opstellen; redigeren
utarbeta opmaken; opstellen; redigeren
VerbRelated TranslationsOther Translations
formulera formuleren; fraseren; in een formule brengen
utarbeta lichten; naar boven trekken; omhoog rukken; omhoog trekken; preciseren; uitwerken
- neerzetten

Related Words for "opstellen":


Synonyms for "opstellen":


Antonyms for "opstellen":


Related Definitions for "opstellen":

  1. het ergens rechtop plaatsen1
    • hoe zullen we de stoelen opstellen?1
  2. bedenken of ontwerpen1
    • wilt u die brief opstellen?1
  3. ergens gaan staan1
    • ik stelde me verdekt op1
  4. je zo gedragen, zo'n houding hebben1
    • zij stelde zich vijandig op1

Wiktionary Translations for opstellen:


Cross Translation:
FromToVia
opstellen budgetera budget — construct or draw up a budget
opstellen rada upp line — to place (objects) into a line
opstellen bilda; linje line — to form or enter into a line
opstellen gestalta; dana; utforma gestalten — einem Gegenstand oder Prozess eine Form oder ein Konzept geben