Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. aborteren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aborteren from Dutch to Swedish

aborteren:

aborteren [znw.] noun

  1. aborteren (stilhouden; stoppen)
    stanna
  2. aborteren (afdrijven)

Translation Matrix for aborteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
aborterande aborteren; afdrijven
stanna aborteren; stilhouden; stoppen
VerbRelated TranslationsOther Translations
stanna doen stoppen; halt houden; ophouden; remmen; stilstaan; stopzetten; tegengehouden worden; tegenhouden; tot staan brengen; tot stilstand komen

Wiktionary Translations for aborteren:


Cross Translation:
FromToVia
aborteren stoppa; avbryta abort — computing: to terminate a process prior to completion