Dutch
Detailed Translations for motteren from Dutch to Swedish
Swedish
Detailed Translations for motteren from Swedish to Dutch
motteren: (*Using Word and Sentence Splitter)
- möta: vinden; tegenkomen; aantreffen; ontmoet; tegemoetgekomen; treffen; onder ogen zien; ontmoeten; confronteren; kennis maken met; aanvaren; tegenover elkaar stellen; oog in oog laten komen
- ren: rendier; net; schoon; proper; rein; kuis; deugdzaam; zedig; eerzaam; netjes; gaaf; zuiver; ongerept; gereinigd; onaangeraakt; gekuist; virginaal; zedig gemaakt; onschuldig; puur; ordelijk; louter; opgeruimd; pure; zuivere; maagdelijk; onbevlekt; onversneden; onvermengd
- mötas: elkaar ontmoeten; samenkomen; bijeenkomen; in vergadering bijeenzijn
- ören: centen; geldstukken; duiten