Noun | Related Translations | Other Translations |
underbar
|
|
saletjonker; salonheld
|
Adjective | Related Translations | Other Translations |
-
|
enorm; ontiegelijk
|
|
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
-
|
zeer
|
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
enormt
|
geweldig
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; angstwekkend; beduidend; behoorlijk; enorm; enorm groot; enorme; flink; fors; gapend; geducht; gigantisch; groot; groots; heel erg; heel groot; hoog gegroeid; hoog gerezen; huizehoog; immens; imponerend; imposant; in zeer hoge mate; indrukwekkend; kolossaal; onafzienbaar; onmetelijk; onnoembaar; onoverzienbaar; ontiegelijk; ontzaglijk; ontzagwekkend; ontzettend groot; reusachtig; reuze; titanisch; vervaarlijk; vreeswekkend; zeer groot
|
fantastisk
|
fantastisch; formidabel; geweldig; prachtig
|
fabelachtig; fabuleus; fantastisch; fantastische; gaaf; glorierijk; heilig; krankzinnig; reuze; te gek; verheerlijkt; waanzinnig; wijs; zalig
|
fantastiskt
|
fantastisch; fenomenaal; formidabel; geweldig; groots; prachtig; puik
|
buitengemeen; dolletjes; enig; fabelachtig; fabuleus; fantastisch; fantastische; gaaf; geschikt; glorierijk; heilig; hoogst; krankzinnig; reuze; riant; te gek; tof; verheerlijkt; waanzinnig; wijs; zalig; zeer
|
fenomenal
|
fantastisch; fenomenaal; geweldig; groots; puik
|
|
formidabelt
|
fantastisch; formidabel; geweldig; prachtig
|
|
otrolig
|
fantastisch; formidabel; geweldig; prachtig
|
dolletjes; enig; ongelofelijk
|
otroligt
|
fantastisch; formidabel; geweldig; prachtig
|
dolletjes; enig; fabelachtig; fantastisch; gaaf; krankzinnig; ongelofelijk; onwaarschijnlijk; reuze; te gek; waanzinnig; wijs
|
stor
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
breed; fors; hooggespannen; lijvig; omvangrijk; ontzettend groot; uit de kluiten gewassen; volumineus
|
storaktig
|
geweldig
|
zeerste
|
storartat
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
glansrijk; schitterend
|
storartigt
|
fantastisch; fenomenaal; geweldig; groots; puik
|
edel; edelmoedig; grootmoedig; groots; nobel
|
storslagen
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
|
storslaget
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
|
stort
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
aanmerkelijk; aanzienlijk; beduidend; behoorlijk; breed; dik; enorm; flink; fors; groot; groots; grootschalig; hooggespannen; lang; lijvig; omvangrijk; ontzettend groot; potig; reuze; stevig; uit de kluiten gewassen; vet; volumineus; zwaar van lijf
|
stortartigt
|
fantastisch; fenomenaal; geweldig; groots; puik
|
|
underbar
|
fantastisch; fenomenaal; geweldig; groots; puik
|
beeldig; beeldschoon; dolletjes; enig; geschikt; glorierijk; heerlijk; heilig; hemels; kiplekker; kostelijk; lekker; mieters; overheerlijk; prima; reuzelekker; riant; smakelijk; tof; uitstekend; verheerlijkt; verrukkelijk; voortreffelijk; wonderbaarlijk; zalig
|
väldigt
|
fantastisch; geweldig; grandioos; groots; magnifiek; schitterend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
|
gigantisch; groots; grootschalig; immens; kolossaal; onafzienbaar; reusachtig; reuze; zeer groot
|