Dutch
Detailed Translations for reserveren from Dutch to Swedish
reserveren:
-
reserveren (behouden; opzijleggen; achterhouden; terughouden)
-
reserveren (reis boeken; vastleggen; bespreken)
-
reserveren (voorbehouden)
Conjugations for reserveren:
o.t.t.
- reserveer
- reserveert
- reserveert
- reserveren
- reserveren
- reserveren
o.v.t.
- reserveerde
- reserveerde
- reserveerde
- reserveerden
- reserveerden
- reserveerden
v.t.t.
- heb gereserveerd
- hebt gereserveerd
- heeft gereserveerd
- hebben gereserveerd
- hebben gereserveerd
- hebben gereserveerd
v.v.t.
- had gereserveerd
- had gereserveerd
- had gereserveerd
- hadden gereserveerd
- hadden gereserveerd
- hadden gereserveerd
o.t.t.t.
- zal reserveren
- zult reserveren
- zal reserveren
- zullen reserveren
- zullen reserveren
- zullen reserveren
o.v.t.t.
- zou reserveren
- zou reserveren
- zou reserveren
- zouden reserveren
- zouden reserveren
- zouden reserveren
en verder
- is gereserveerd
- zijn gereserveerd
diversen
- reserveer!
- reserveert!
- gereserveerd
- reserverend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for reserveren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
hålla inne med | achterhouden; behouden; opzijleggen; reserveren; terughouden | |
lägga av | achterhouden; behouden; bespreken; opzijleggen; reis boeken; reserveren; terughouden; vastleggen | afhaken; afvallen; afzeggen; afzien van; eraf gaan; eruitstappen; opgeven; ophouden; stoppen |
reservera | achterhouden; behouden; bespreken; opzijleggen; reis boeken; reserveren; terughouden; vastleggen; voorbehouden | |
spara | achterhouden; behouden; bespreken; opzijleggen; reis boeken; reserveren; terughouden; vastleggen | archiveren; besparen; bewaren; geld besparen; in acht nemen; matigen; minder gebruiken; ontzien; opbergen; opslaan; opsparen; sparen; verschonen; zuinig zijn |
- | bespreken |
Synonyms for "reserveren":
Related Definitions for "reserveren":
Wiktionary Translations for reserveren:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reserveren | → boka | ↔ book — reserve |
• reserveren | → reservera | ↔ reserve — to keep back; to retain |
• reserveren | → reservera | ↔ reserve — to keep in store for future or special use |
• reserveren | → reservera | ↔ reserve — to book in advance |