Dutch
Detailed Translations for chaos from Dutch to Swedish
chaos:
-
de chaos (wanorde; puinhoop; heksenketel; wanordelijkheid; zootje; regelloosheid; keet)
Translation Matrix for chaos:
Noun | Related Translations | Other Translations |
förvirring | chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje | luidruchtigheid; onthutsing; perplexheid; troebelheid; verdwaasdheid; versteldheid; verwardheid; verwarring |
kaos | chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje | wanorde; wanordelijkheid; zooitje |
oreda | chaos; heksenketel; keet; puinhoop; regelloosheid; wanorde; wanordelijkheid; zootje | bocht; geharrewar; mengvoer; rotzooi; slordigheid; smerig spul; troep; verwardheid; verwarring; wanorde; wanordelijkheid; zooitje |