Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. symboliseren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for symboliseren from Dutch to Swedish

symboliseren:

symboliseren verb (symboliseer, symboliseert, symboliseerde, symboliseerden, gesymboliseerd)

  1. symboliseren
    symbolisera
    • symbolisera verb (symboliserar, symboliserade, symboliserat)

Conjugations for symboliseren:

o.t.t.
  1. symboliseer
  2. symboliseert
  3. symboliseert
  4. symboliseren
  5. symboliseren
  6. symboliseren
o.v.t.
  1. symboliseerde
  2. symboliseerde
  3. symboliseerde
  4. symboliseerden
  5. symboliseerden
  6. symboliseerden
v.t.t.
  1. heb gesymboliseerd
  2. hebt gesymboliseerd
  3. heeft gesymboliseerd
  4. hebben gesymboliseerd
  5. hebben gesymboliseerd
  6. hebben gesymboliseerd
v.v.t.
  1. had gesymboliseerd
  2. had gesymboliseerd
  3. had gesymboliseerd
  4. hadden gesymboliseerd
  5. hadden gesymboliseerd
  6. hadden gesymboliseerd
o.t.t.t.
  1. zal symboliseren
  2. zult symboliseren
  3. zal symboliseren
  4. zullen symboliseren
  5. zullen symboliseren
  6. zullen symboliseren
o.v.t.t.
  1. zou symboliseren
  2. zou symboliseren
  3. zou symboliseren
  4. zouden symboliseren
  5. zouden symboliseren
  6. zouden symboliseren
en verder
  1. ben gesymboliseerd
  2. bent gesymboliseerd
  3. is gesymboliseerd
  4. zijn gesymboliseerd
  5. zijn gesymboliseerd
  6. zijn gesymboliseerd
diversen
  1. symboliseer!
  2. symboliseert!
  3. gesymboliseerd
  4. symboliserend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for symboliseren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
symbolisera symboliseren zinnebeeld vormen

Wiktionary Translations for symboliseren:


Cross Translation:
FromToVia
symboliseren symbolisera symbolise — To be symbolic of; to represent
symboliseren symbolisera symbolize — To be symbolic of; to represent