Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. daadwerkelijk:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for daadwerkelijk from Dutch to Swedish

daadwerkelijk:

daadwerkelijk adj

  1. daadwerkelijk (metterdaad)
  2. daadwerkelijk (feitelijk; werkelijk; in feite; in werkelijkheid)

Translation Matrix for daadwerkelijk:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
effektiv daadwerkelijk; metterdaad beproefd; competent; deskundig; deugdelijk; doelmatig; doeltreffend; effectief; efficiënt; krachtig; met een krachtige uitwerking; oordeelkundig; probaat; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
de facto daadwerkelijk; feitelijk; in feite; in werkelijkheid; werkelijk
effektivt daadwerkelijk; metterdaad beproefd; competent; deskundig; deugdelijk; doelmatig; doeltreffend; effectief; efficiënt; krachtig; met een krachtige uitwerking; oordeelkundig; probaat; ter zake kundig; vakbekwaam; vakkundig
faktisk daadwerkelijk; metterdaad materieel; stoffelijk; zowaar
faktiskt daadwerkelijk; metterdaad eigenlijk; materieel; stoffelijk; werkelijk; zowaar
verkligt daadwerkelijk; metterdaad echt; echte; materieel; onvervalst; stoffelijk; waar; waarachtig; werkelijk; werkelijke; zowaar

Related Words for "daadwerkelijk":

  • daadwerkelijke

Wiktionary Translations for daadwerkelijk:


Cross Translation:
FromToVia
daadwerkelijk faktisk; reell; verklig actual — existing in act or reality, not just potentially
daadwerkelijk aktiv effectif — Qui est réellement et de fait, qui produit un résultat réel.
daadwerkelijk verklig; faktisk; real-; fastighets-; reell réelvéritable, effectif, vrai, sans fiction ni figure.