Home ->Dictionaries ->Dutch/Swedish ->Search: termijn

Dutch and Swedish Translation Search Results for termijn

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

termijn:
- period; tidsrymd; tidsgräns; sista dagen för inlämning; sista dagen för underskrift
Wiktionary:
- termijn → frist

Dutch

Detailed Translations for termijn from Dutch to Swedish

termijn:

termijn [de ~ (m)] noun

de termijn (periode; tijdsduur; tijdsbestek)
period; tidsrymd
- period [-en] noun
- tidsrymd noun
de termijn (sluitingstermijn; tijdlimiet)
tidsgräns; sista dagen för inlämning; sista dagen för underskrift
- tidsgräns noun
- sista dagen för inlämning noun
- sista dagen för underskrift noun

Translation Matrix for termijn:

Noun	Related Translations	Other Translations
period	periode; termijn; tijdsbestek; tijdsduur	epoch; epoche; era; periode; tijdperk; tijdruimte; tijdsgewricht; tijdsruimte; tijdsverloop; tijdvak
sista dagen för inlämning	sluitingstermijn; termijn; tijdlimiet
sista dagen för underskrift	sluitingstermijn; termijn; tijdlimiet
tidsgräns	sluitingstermijn; termijn; tijdlimiet	deadline; tijdslimiet; time fence; time-out
tidsrymd	periode; termijn; tijdsbestek; tijdsduur	tijdruimte; tijdsruimte

Related Words for "termijn":

termijnen

Wiktionary Translations for termijn:

Cross Translation:

From	To	Via
• termijn	→ frist	↔ Frist — Zeitraum für ein bestimmtes Ziel oder Vorhaben
• termijn	→ frist	↔ Frist — spätester Zeitpunkt

Related Translations for termijn

termijn van geldigheid