Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. averij oplopen:


Dutch

Detailed Translations for averij oplopen from Dutch to Swedish

averij oplopen:

averij oplopen verb (loop averij op, loopt averij op, liep averij op, liepen averij op, averij opgelopen)

  1. averij oplopen
    ta skada; lida sviter
    • ta skada verb (tar skada, tog skada, tagit skada)
    • lida sviter verb (lider sviter, led sviter, lidit sviter)

Conjugations for averij oplopen:

o.t.t.
  1. loop averij op
  2. loopt averij op
  3. loopt averij op
  4. lopen averij op
  5. lopen averij op
  6. lopen averij op
o.v.t.
  1. liep averij op
  2. liep averij op
  3. liep averij op
  4. liepen averij op
  5. liepen averij op
  6. liepen averij op
v.t.t.
  1. heb averij opgelopen
  2. hebt averij opgelopen
  3. heeft averij opgelopen
  4. hebben averij opgelopen
  5. hebben averij opgelopen
  6. hebben averij opgelopen
v.v.t.
  1. had averij opgelopen
  2. had averij opgelopen
  3. had averij opgelopen
  4. hadden averij opgelopen
  5. hadden averij opgelopen
  6. hadden averij opgelopen
o.t.t.t.
  1. zal averij oplopen
  2. zult averij oplopen
  3. zal averij oplopen
  4. zullen averij oplopen
  5. zullen averij oplopen
  6. zullen averij oplopen
o.v.t.t.
  1. zou averij oplopen
  2. zou averij oplopen
  3. zou averij oplopen
  4. zouden averij oplopen
  5. zouden averij oplopen
  6. zouden averij oplopen
diversen
  1. loop averij op!
  2. loopt averij op!
  3. averij opgelopen
  4. averij oplopende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for averij oplopen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
lida sviter averij oplopen
ta skada averij oplopen

Related Translations for averij oplopen