Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. bestralen:


Dutch

Detailed Translations for bestralen from Dutch to Swedish

bestralen:

bestralen verb (bestraal, bestraalt, bestraalde, bestraalden, bestraald)

  1. bestralen (chemotherapie geven)
    bli strålad
    • bli strålad verb (blir strålad, blev strålad, blivit strålad)

Conjugations for bestralen:

o.t.t.
  1. bestraal
  2. bestraalt
  3. bestraalt
  4. bestralen
  5. bestralen
  6. bestralen
o.v.t.
  1. bestraalde
  2. bestraalde
  3. bestraalde
  4. bestraalden
  5. bestraalden
  6. bestraalden
v.t.t.
  1. heb bestraald
  2. hebt bestraald
  3. heeft bestraald
  4. hebben bestraald
  5. hebben bestraald
  6. hebben bestraald
v.v.t.
  1. had bestraald
  2. had bestraald
  3. had bestraald
  4. hadden bestraald
  5. hadden bestraald
  6. hadden bestraald
o.t.t.t.
  1. zal bestralen
  2. zult bestralen
  3. zal bestralen
  4. zullen bestralen
  5. zullen bestralen
  6. zullen bestralen
o.v.t.t.
  1. zou bestralen
  2. zou bestralen
  3. zou bestralen
  4. zouden bestralen
  5. zouden bestralen
  6. zouden bestralen
diversen
  1. bestraal!
  2. bestraalt!
  3. bestraald
  4. bestralend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bestralen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bli strålad bestralen; chemotherapie geven