Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. hoedanigheid:
  2. hoedanig:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for hoedanigheid from Dutch to Swedish

hoedanigheid:

hoedanigheid [de ~ (v)] noun

  1. de hoedanigheid (eigenschap)
    egenskap; funktion; beskaffenhet
  2. de hoedanigheid (kwaliteit; gesteldheid)
    kvalitet; egenskap; beskaffenhet

Translation Matrix for hoedanigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
beskaffenhet eigenschap; gesteldheid; hoedanigheid; kwaliteit aard; conditie; geaardheid; inborst; karakter; staat; toestand
egenskap eigenschap; gesteldheid; hoedanigheid; kwaliteit eigenschap
funktion eigenschap; hoedanigheid functie
kvalitet gesteldheid; hoedanigheid; kwaliteit kwaliteit

Related Words for "hoedanigheid":


Wiktionary Translations for hoedanigheid:


Cross Translation:
FromToVia
hoedanigheid beskaffenhet Beschaffenheitheutzutage sehr selten im Plural: Eigenart oder Zustand einer Sache
hoedanigheid kvalitet; kvalité; egenskap quality — differentiating property or attribute

hoedanig:


Translation Matrix for hoedanig:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
vad för någon hoe; hoedanig; wat voor een
vad för någotn hoe; hoedanig; wat voor een

Related Words for "hoedanig":


Related Translations for hoedanigheid