Noun | Related Translations | Other Translations |
en som applåderar
|
applaudisseur; klapper
|
|
förteckning
|
hoofdboek; klapper
|
lijst; lijst van gegevens; opgaaf; opgave; overzicht; staat; staatje; zaakregister
|
knallkaramell
|
klapper; knalbonbon; rotje
|
|
krocka
|
hit; kasstuk; klapper; kraker; schlager; succes; succesnummer; successtuk; topper; treffer
|
dreun; klap; knal; kwak; smak
|
lycklig sammanträff
|
absolute meevaller; klapper; topper
|
|
register
|
hoofdboek; klapper
|
catalogus; gamma; register; scala; spectrum
|
slå
|
hit; kasstuk; klapper; kraker; schlager; succes; succesnummer; successtuk; topper; treffer
|
|
svärmare
|
klapper; rotje; zevenklapper
|
dwepers; fanatici; freaks; zeloten
|
telefonregister
|
klapper; telefoonklapper
|
|
Verb | Related Translations | Other Translations |
slå
|
|
bonken; dichtslaan; dichtwerpen; een klap geven; een opdonder verkopen; fijnwrijven; frapperen; grijpen; hameren; hard slaan; hengsten; krenken; kwetsen; maaien; meppen; rammen; slaan; timmeren; toeslaan
|