Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. misstaan:


Dutch

Detailed Translations for misstond from Dutch to Swedish

misstaan:

misstaan verb (missta, misstaat, misstond, misstonden, misstaan)

  1. misstaan
    inte passa; inte bekomma
    • inte passa verb (inte passar, inte passade, inte passat)
    • inte bekomma verb (inte bekommer, inte bekommade, inte bekommit)

Conjugations for misstaan:

o.t.t.
  1. missta
  2. misstaat
  3. misstaat
  4. misstaan
  5. misstaan
  6. misstaan
o.v.t.
  1. misstond
  2. misstond
  3. misstond
  4. misstonden
  5. misstonden
  6. misstonden
v.t.t.
  1. heb misstaan
  2. hebt misstaan
  3. heeft misstaan
  4. hebben misstaan
  5. hebben misstaan
  6. hebben misstaan
v.v.t.
  1. had misstaan
  2. had misstaan
  3. had misstaan
  4. hadden misstaan
  5. hadden misstaan
  6. hadden misstaan
o.t.t.t.
  1. zal misstaan
  2. zult misstaan
  3. zal misstaan
  4. zullen misstaan
  5. zullen misstaan
  6. zullen misstaan
o.v.t.t.
  1. zou misstaan
  2. zou misstaan
  3. zou misstaan
  4. zouden misstaan
  5. zouden misstaan
  6. zouden misstaan
diversen
  1. missta!
  2. misstaat!
  3. misstaan
  4. misstaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for misstaan:

VerbRelated TranslationsOther Translations
inte bekomma misstaan
inte passa misstaan

External Machine Translations: