Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. rampen:
  2. ramp:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for rampen from Dutch to Swedish

rampen:

rampen [de ~] noun, plural

  1. de rampen (kwellingen; plagen; verschrikkingen)
    kval; tortyr; plågor

Translation Matrix for rampen:

NounRelated TranslationsOther Translations
kval kwellingen; plagen; rampen; verschrikkingen agonie; grief; kwelling; nood; torment; treiteren; verschrikking
plågor kwellingen; plagen; rampen; verschrikkingen
tortyr kwellingen; plagen; rampen; verschrikkingen agonie; foltering; grief; kwelling; marteling; nood; pijniging; torment; verschrikking

Related Words for "rampen":


rampen form of ramp:

ramp [de ~] noun

  1. de ramp (rampspoed)
    olycka; katastrof
  2. de ramp (onheilsdreiging; gevaar; onheil)
  3. de ramp (catastrofe)
  4. de ramp (tegenspoed; tegenslag; moeilijkheden; )
    motgång; olycka; elände; motighet

Translation Matrix for ramp:

NounRelated TranslationsOther Translations
elände ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslagen armoede; barheid; ellende; ellendes; gebrek; hinderlijk persoon; kommer; kwel; lastpak; lastpost; misère
katastrof gevaar; onheil; onheilsdreiging; ramp; rampspoed
katastroph catastrofe; ramp
motgång ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslagen het verliezen; verlies
motighet ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslagen
olycka ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag; terugslagen debacle; noodlottigheid; ondergang; ongeluk; ongeval; teloorgang; tenondergang; val
skadligt schadelijkheid; verderfelijkheid
svår olycka gevaar; onheil; onheilsdreiging; ramp
OtherRelated TranslationsOther Translations
skadlig boosaardig; slecht
ModifierRelated TranslationsOther Translations
elakt ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag achterbaks; doortrapt; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; hatelijk; kwaadwillig; kwalijk; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; liederlijk; listig; met slechte intentie; onedel; onzedelijk; slecht; slinks; sluw; snood; stekelig; stiekem; uitgekookt; vals; verdorven; verregaand zedenloos; vicieus; vijandig
skadlig ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag aantastend; schade berokkenend; schadelijk
skadligt ellende; malheur; moeilijkheden; ongeluk; onheil; onspoed; pech; ramp; rampspoed; tegenslag; tegenspoed; terugslag aantastend; duperend; nadelig; ongunstig; onvoordelig

Related Words for "ramp":


Wiktionary Translations for ramp:


Cross Translation:
FromToVia
ramp katastrof Katastrophe — ein großes, schweres Unglück, ein Unheil, Verhängnis
ramp katastrof désastreévénement funeste ; grand malheur ; les effets qui en résulter.