Dutch

Detailed Translations for vestiging from Dutch to Swedish

vestiging:

vestiging [de ~ (v)] noun

  1. de vestiging (het stichten; stichting; oprichting; instelling)
  2. de vestiging (kolonie)
    koloni; bosättning
  3. de vestiging (nederzetting)
  4. de vestiging

Translation Matrix for vestiging:

NounRelated TranslationsOther Translations
bosätta sig nederzetting; vestiging
bosättning kolonie; vestiging nederzetting
grundande het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging culture; grondlegging
grundläggning het stichten; instelling; oprichting; stichting; vestiging stickie
koloni kolonie; vestiging
VerbRelated TranslationsOther Translations
bosätta sig koloniseren; settelen; vestigen
OtherRelated TranslationsOther Translations
etablering (företag) vestiging

Related Words for "vestiging":

  • vestigingen